Suriname beslaat een belangrijk deel van het Amazone-regenwoud. Voor het duurzaam benutten van de daarin voorkomende natuurlijke hulpbronnen en behoud van de biodiversiteit, is betrouwbare data van vitaal belang voor effectief beleid. Betrokkenheid van lokale gemeenschappen is daarbij onmisbaar, ook voor het behoud hun traditionele leefgebieden.
Binnen dit kader gaat dit jaar van start het twinningproject ‘Capaciteitsversterking strategische groepen met betrekking tot het duurzaam benutten van hulpbronnen en het behoud van de biodiversiteit in Trio en Wayana gebieden’. De twinningpartners zijn het Amazon Conservation Team (ACT) Suriname en de Universiteit van Utrecht (Nederland). De aandachtspunten van dit programma zijn vastgesteld in nauw samenspraak met de lokale inheemse gemeenschappen. Het project van 215.000 euro heeft een looptijd van 2 jaar.
vlnr:Marijke van Kuijk Universiteit van Untrecht, Minu Parahoe directeur ACT Suriname, Katia Delvoye – ACT , Bruce Hoffman – ACT
Op vrijdag 27 februari 2015 zijn het ACT Suriname en de Universiteit van Utrecht met lokale partners bijeen gekomen in het hoofdkantoor van ACT in Paramaribo. Tijdens deze meeting werd er afgestemd over de concrete invulling van de programmaonderdelen.
Het twinningproject heeft als doel de kennis en skills te vergroten van de Indigenous park guards (IPG) ofwel ‘rangers’. Deze IPG’s zijn lokale krachten getraind door en in dienst van ACT Suriname. Op dit moment zijn er IPG’s werkzaam in Tepu, Sipaliwini, Kwamalasamutu en Apetina.
Deze rangers zijn in het veld om voor de lokale gemeenschappen het bos en de natuur te monitoren. Bijvoorbeeld met betrekking tot vervuiling van drinkwater of behoud van bepaalde bomen en vegetatie, die van groot belang zijn voor hun traditionele leefwijze. ACT Suriname-directeur Minu Parahoe zegt: “Via dit twinningprogamma zullen onze IPG’s ook de skills krijgen om data te kunnen verzamelen die door wetenschappers, overheidsinstanties of de universiteit gebruikt kunnen worden.”
De rangers zullen dan ook in staat zijn om bijvoorbeeld de effecten van klimaatsveranderingen of negatieve effecten op de waterkwaliteit in kaart te brengen volgens ‘internationaal gangbare protocollen’. “De IPG’s kunnen ook de ogen en oren zijn van onze instanties in de kustvlakte die direct data krijgen over bijvoorbeeld handel in dieren. We hebben nu 25 rangers in de vier dorpen maar als de behoefte er is, kunnen we ons korps uitbreiden.”
vlnr: Bruce Hoffman – ACT , Maureen Playfair – Celos, Dorothy Traag – Nationaal Herbarium
Door middel van trainingen van de Universiteit van Utrecht, het Nationaal Herbarium Suriname en de Dienst ‘s Lands Bosbeheer Suriname (lokale partners ACT-Suriname), zullen onder andere de methoden van dataverzameling worden verbeterd.
Marijke van Kuijk van de Universiteit van Utrecht zegt hierover: “We gaan er aan werken dat de IPG’s over meer capaciteit beschikken, zodat ze hun leefgebied kunnen monitoren. Daarbij gaat het om ecoproducten en diensten die zij zelf belangrijk vinden en waarvan zij zelf opmerken dat die gemonitord moeten worden. Wij gaan daarin een keuze maken en ons richten op die specifieke ecosysteemdiensten.”
Er zullen handleidingen en protocollen worden geschreven zodat de IPG’s hun capaciteit goed kunnen uitbouwen. Hierdoor kunnen zij bijdragen aan betrouwbare en wetenschappelijk verantwoorde dataverzameling van hun leefgebied. Daarnaast wil de Universiteit van Utrecht ook data verzamelen over ecosystemen, ecosysteemdiensten en de effecten van klimaatverandering daarop. “We denken dat we met een langdurig project in Suriname, over een langere termijn zeer goede data kunnen verkrijgen en daardoor ook goede beheersplannen kunnen schrijven”, aldus Van Kuijk.
Ook zullen studenten van de Universiteit van Utrecht, de Anton de Kom Universiteit en van het Natuur Technisch Instituut Suriname de gelegenheid krijgen te participeren in het project. Hierdoor ontstaat er een wisselwerking van kennisoverdracht.
ACT-Suriname-directeur Parahoe vertelt dat er echter een schrijnend tekort is aan mensen die geïnteresseerd zijn om voor langere perioden naar het binnenland te gaan voor verzamelen van data. “We proberen nu via dit twinningproject een groep studenten enthousiast te maken.”